Op verschillende plaatsen in de bijbel roept God ons op om waakzaam te zijn. Om alert te zijn en te zien wat er om ons heen gebeurt. Jezus heeft daar ook diverse keren toe opgeroepen: ‘waak dan te allen tijde en bid..’ (Luk. 21: 36).
Dat betekent niet dat we bij elke aardbeving of bij elke oorlog omhoog moeten kijken of de Heer al terugkomt, maar dat we scherpzinnig moeten zijn. Van een wachter wordt gevraagd om scherp op te letten (Jesaja 21: 7) en te melden wat hij waarneemt. Scherpzinnigheid betekent dat je de strategie van de tegenstander kunt ontdekken. Dat je kunt onderscheiden welke plannen hij heeft en waar hij de strijd wil voeren.
Zodra David wist wat de Filistijnen van plan waren, raadpleegde hij de Here en vroeg: wat moet ik doen? (1 Sam. 23: 2,4). Als wij zien dat er een tegenstander is, die rooft en plundert, mogen we niet in paniek raken. Het eerste wat een wachter doet is dat Hij de Heer meldt wat hij waarneemt en dat hij Hem raadpleegt welke beweging hij moet maken. Dergelijke strategische gebeden vinden op een ander niveau plaats dan de ‘gewoonlijke vraag en dankgebeden’ voor onze dagelijkse behoeftes.
Natuurlijk mogen we God bidden om ons ‘dagelijks brood’, maar daarnaast moeten we ons bewust zijn dat God een plan aan het volvoeren is, en dat er een tegenstander rondgaat die probeert dat plan te verijdelen. God roept jou en mij om onze plaats als wachter in te nemen en Hem te vertellen wat we zien.
Het is te gemakkelijk om de vinger naar God te wijzen als er dingen misgaan om ons heen. Meestal ligt de oorzaak erin dat nog te weinig mensen die plaats op de wachttoren weten te vinden. Laten we daarom met Habakuk in actie komen als we zeggen: ‘ik ga op mijn wachtpost staan, neem mijn plaats in op de vestingwal en kijk uit om te zien wat Hij in mij spreken zal’ (Habakuk 2: 1).
